Hardere Strafrechtelijke Aanpak Van Bestuurder Bij Faillissement

Elke rechtspersoon dient een deugdelijke administratie te voeren. De bestuurder is hiervoor verantwoordelijk. Indien u dit als bestuurder verzuimt, kunt u bij een faillissement in privé worden aangesproken voor het tekort in de boedel. Volgens een nieuw wetsvoorstel hangt u als bestuurder strafrechtelijk ook het nodige boven het hoofd.

Een faillissement heeft grote persoonlijke gevolgen voor een ondernemer, ook als hij zijn onderneming drijft in de vorm van een BV. De ondernemer (in dit geval tevens bestuurder van de BV) komt zonder inkomsten te zitten en zijn levenswerk is plotseling weg. Meestal ziet de bestuurder ruim voordat het faillissement wordt uitgesproken de spreekwoordelijke ‘bui al hangen’. De wil om tijd te besteden aan de administratie van de BV is dan vaak weg. Er zijn immers wel andere dingen te doen, zoals het binnenhalen van werk. Op zich een goede gedachte, die toch buitengewoon vervelende gevolgen kan hebben.

De bestuurder van een BV is verplicht een administratie te voeren. Over die plicht moet niet te gemakkelijk worden gedacht. Is geen deugdelijke administratie gevoerd en gaat de BV failliet, dan is de bestuurder in beginsel in privé aansprakelijk voor het tekort van de schuldeisers in het faillissement (ook bij een kleine onderneming beloopt een dergelijk tekort vaak een bedrag van meer dan € 100.000,=). In dat geval staat vast dat de bestuurder zijn taak onbehoorlijk heeft vervuld. Aan aansprakelijkheid ontkomt de bestuurder slechts in het geval hij kan aantonen dat andere feiten en omstandigheden dan zijn kennelijk onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak van het faillissement zijn geweest.

Volgens de wet moet de administratie zodanig zijn dat hieruit op ieder moment de rechten en verplichtingen van de BV kunnen worden gekend. Aan dit vereiste is voldaan als de administratie van de BV zodanig is dat men snel inzicht kan krijgen in de debiteuren- en crediteurenpositie en dat die posities samen met de stand van de liquide middelen een redelijk inzicht geven in de vermogenspositie van de BV.

Bestuurders weten vaak niet dat er ook strafrechtelijke gevolgen kunnen zijn voor het niet voeren van een deugdelijke administratie. Op dit moment is het opzettelijk niet voeren van een deugdelijke administratie strafbaar als bedrieglijke bankbreuk. Als vereiste voor strafbaarheid geldt dat de dader opzet moet hebben gehad, in die zin dat hij met zijn gedraging bewust tenminste de aanmerkelijke kans heeft aanvaard op benadeling van schuldeisers. Dit betekent dat ten tijde van de strafbaar gestelde gedraging – het niet voeren of bewaren van de administratie – het vooruitzicht bestond op een faillissement. 

Volgens een recentelijk gepubliceerd wetsvoorstel blijkt dat het kabinet af wil van het opzetvereiste, aangezien het belang van het waarborgen van een betrouwbare basis voor de afwikkeling van het faillissement voorop is gesteld. In het wetsvoorstel wordt de bestuurder van een failliete BV strafbaar gesteld die niet terstond aan de curator een deugdelijke administratie (en alle daarbij behorende schriftelijke stukken) kan overleggen, die voldoet aan de vereisten die hiervoor zijn gesteld. De bestuurder is dus strafbaar als hij de administratie niet deugdelijk heeft gevoerd of heeft laten voeren. Ook zal een bestuurder strafbaar zijn, als het aan hem (aan zijn schuld) te wijten is dat niet is voldaan aan de wettelijke verplichtingen tot het voeren van een administratie en het bewaren daarvan en de vereffening (dus de afwikkeling van het faillissement) daardoor wordt bemoeilijkt. 

Het niet juist en volledig voeren van een administratie kan op dit moment al leiden tot privé aansprakelijkheid van een bestuurder voor het volledige tekort in het faillissement. Indien het wetsvoorstel zal worden aangenomen zal het niet of niet deugdelijk voeren van een administratie, zonder dat u dit opzettelijk doet, ook nog strafrechtelijk verwijtbaar zijn.

Dus de volgende keer dat u besluit om de administratie ‘maar even te laten liggen’, doet u er goed aan om nog eens te denken aan dit artikel en toch de administratie ter hand te nemen. BOS VAN DER BURG kan u bijstaan als u door een curator wordt aangesproken voor het tekort in het faillissement of als u vervolgd dreigt te worden door het Openbaar Ministerie voor uw handelen of nalaten bij een faillissement.