Huurprijswijziging bedrijfsruimte

Veel ondernemers zijn zich niet bewust van de wettelijke mogelijkheid om de huisvestingslasten (aanzienlijk) te verlagen. Dat wettelijke kader is geschapen voor de zogeheten middenstandsbedrijfsruimte (artikel 7:290 e.v. BW). Daaronder vallen onder meer winkels, grootwinkelbedrijven, horecazaken, garagebedrijven, apotheken, benzinestations, kiosken, meubelhandels, showrooms, etc. Deze opsomming is niet uitputtend.

De wet opent de mogelijkheid om de huurprijs (nader) door de Rechter te laten vaststellen indien:

(a) de overeenkomst voor bepaalde tijd geldt: na afloop van de overeengekomen duur (met overeengekomen duur wordt hier bedoeld de eerste huurperiode), en;

(b) de huurprijs niet overeenstemt met die van vergelijkbare bedrijfsruimten ter plaatse.

Gelet op de crisis in vastgoedland die al jaren aanhoudt, is de kans groot dat ondernemers die bijvoorbeeld vijf jaren of meer geleden een huurovereenkomst hebben gesloten, te veel huur betalen wanneer de huurprijs niet (tussentijds) is aangepast.

Bij de nadere vaststelling van de huurprijs let de Rechter op het gemiddelde van de huurprijs van vergelijkbare bedrijfsruimten ter plaatse, welke zich hebben voorgedaan in een tijdvak van vijf jaren voorafgaand aan de dag waarop de vordering is ingesteld, de zogeheten referentieperiode.

Bos Van der Burg Advocaten biedt ondernemers aan om, geheel vrijblijvend, te inventariseren of er wettelijke mogelijkheden zijn om de huurprijs (in rechte) te laten wijzigen.